De tijd dringt

Weet U nog hoe U zich voelde aan het slot van de WK-finale Nederland-Spanje in 2010? Die gorgelende spanning in de tweede verlenging nadat Heitinga was weg gestuurd. Als we de penaltyserie maar haalden. Tijd die destijds voorbij leek te kruipen. Na de 0-1 sloeg dat ineens om en toen vloog de tijd weer
Dat was niet de tijd zoals Einstein die zag. Tijd was volgens hem “ wat gemeten wordt door een klok”. Het verstand, de ratio, verdeelt hier de tijd, die continu doorloopt, in kleine objectief gelijke stukjes.
De Franse filosoof Bergson was één van de eersten die aandacht vroeg voor de beleefde tijd, de gekleurde of ook wel subjectieve tijd die juist niet continu is. Niet toevallig ontwikkelde hij zijn visie in het begin van de twintigste eeuw. Het was een reactie op de glorieuze dominantie van de natuurwetenschappen in de eeuw daarvoor. Ook in de psychologie kwam er aandacht voor de beleving van het individu en de manier hoe hij de werkelijkheid ervaart. Freud en Jung benaderden de mens niet als object maar zagen hem als subject dat niet los kan worden gezien van zijn wereld. Gelijktijdig werd in de schilderkunst en ook in de muziek het impressionisme als persoonlijke ervaring van de wereld belangrijk.
Vertaald naar voetbal betekent de persoonlijke beleving van tijd dat er in plaats van 2x 45 egale klokminuten er nu aandacht is voor twee speelhelften met een kolkend verloop van tijd. Iets wat zowel spelers als toeschouwers ervaren. Overigens kleuren die toeschouwers zelf ook de ruimte en daarmee dus de tijd.
Het voetbalveld kan, als je uitspelende ploeg bent, een behoorlijk bedreigende ruimte worden. Gebeurtenissen in het veld veranderen steeds de beleving. Neem bijvoorbeeld de stand in de wedstrijd. De ploeg die achter staat krijgt iets gehaast want de tijd gaat dringen. Zeker aan het eind van de wedstrijd. Maar haastige spoed…
De ploeg die voorstaat, probeert daarentegen de tijd te rekken. Dat betekent echter niet dat de resterende tijdsperiode langer wordt. Tijd rekken betekent dat de tijd waarin er niets gebeurt langer wordt. Ballen worden uitgetrapt, er wordt getreuzeld bij het in het spel brengen van de bal en ga zo maar door. Tijd rekken is tijd stelen van de tegenstander. Op diefstal staat straf. Doodzonde dat de scheidsrechters in dit geval te weinig middelen hebben. De voetbalwetten waar scheidsrechters aan moeten toetsen zijn namelijk niet met de tijd mee gegaan. Het invoeren van zuivere speeltijd is voor de lakse voetbalorganisaties bijvoorbeeld voorlopig nog onbespreekbaar. De hockeyspelregels zijn veel beter geëvolueerd. Daar is er zuivere speeltijd en krijg je meteen een groene kaart als je bij een vrije slag niet meteen afstand houdt.
De tijdsbeleving in een wedstrijd verandert ook enorm als een speler uit het veld wordt gestuurd. De spanning bij zijn medespelers loopt dan op, “ O jee, zolang nog met 10 man” denken ze. Het adrenalineniveau schiet daarop omhoog. Adrenaline is het jagershormoon en dus is het niet vreemd dat spelers vanaf dat moment jagen op de tijd van de tegenpartij. De beleving van de tegenstanders is compleet anders. Gemakzucht ligt dan op de loer en vaak zien we dat een man meer niet direct tot een positief resultaat leidt.
“Scheids, hoe lang nog” is in de laatste minuten van de wedstrijd een door spelers veel gestelde vraag. Maar ook toeschouwers beleven de tijd soms intens. De spanning loopt dan vaak op. Zeker als de stand gelijk is of als er één doelpunt verschil is. Kortom: minuten kunnen dan wel uren lijken. Dat gebeurt overigens zeker als de tegenstander een Duitse ploeg is.

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag